Laudame Financials Ontdek meer

Mijn vorige artikel eindigde met het statement dat de ‘risicoleider’ nadrukkelijk geen functie is. Het is in feite een aanvulling op bestaand leiderschap, in bestaande functies. Iedereen kan een risicoleider zijn door op een goede manier om te gaan met risico’s en onzekerheden om zo te realiseren wat jij wilt, voor jezelf en voor de organisatie. In dit artikel werk ik risicoleiderschap in de praktijk verder uit.

Mijn vorige artikel eindigde met het statement dat de ‘risicoleider’ nadrukkelijk geen functie is. Het is in feite een aanvulling op bestaand leiderschap, in bestaande functies. Iedereen kan een risicoleider zijn door op een goede manier om te gaan met risico’s en onzekerheden om zo te realiseren wat jij wilt, voor jezelf en voor de organisatie. In dit artikel werk ik risicoleiderschap in de praktijk verder uit.

Evenals het vorige artikel over ‘van risicomanagement naar risicoleiderschap’ is dit artikel gebaseerd op het boek ‘‘Risicoleiderschap; doelgericht omgaan met onzekerheden’ van Martin van Staveren. Een boek waarin hij theorie en praktijk op heldere wijze combineert.

Onzekerheid en risicoleiderschap

Onzekerheid is realiteit! En in deze realiteit staan we niet alleen, we hebben er allemaal mee te maken. Hoewel er eerder in de geschiedenis periodes van disruptie zijn geweest (zoals tijdens de industriële revolutie), volgen de ontwikkelingen elkaar nu nog sneller op. In de VUCA-wereld (VUCA staat voor volatiliteit, onzekerheid (‘uncertainty’), complexiteit en ambiguïteit) komen andere vraagstukken naar voren waarbij niet risicomanagement, maar risicoleiderschap, het antwoord is.

Leiderschap in een VUCA-omgeving betekent het sneller realiseren dat er niet altijd een antwoord is, of zal komen. Vanuit deze onzekerheid zullen dus bepaalde risico’s geaccepteerd worden. Om goed om te gaan met onzekerheden en risico’s in de VUCA-wereld is risicoleiderschap nodig!

Risicosturing

Het is goed om te benadrukken dat het om risicogestuurd werken gaat. Daarmee bedoel ik dat het niet gaat om risicomanagement buiten de dagelijkse gang van zaken, maar juist om risicosturing verankerd binnen de dagelijkse processen. Het betreft het toepassen van algemene risicostappen (namelijk het bepalen van doelen, identificeren en classificeren van risico’s, bepalen van maatregelen en evalueren daarvan en rapporteren over risicobeheersing) in reguliere werkprocessen. Deze processen kunnen breed worden gezien, namelijk van strategievormingsprocessen tot het waarborgen van kwaliteit en veiligheid. Bij risicosturing gaat het nadrukkelijk niet om het enkel vermijden van risico’s. Sommige risico’s zijn acceptabel of moeten worden genomen om doelen te realiseren. Daarnaast is er oog voor mogelijke positieve effecten van risico’s als kansen.

Hoe werkt het in de praktijk?

Hoe werkt risicoleiderschap in de praktijk en wat is daarbij nodig? In dit artikel zal ik niet alles behandelen. Van Staveren bespreekt in zijn boek totaal 20 vaardigheden voor risicoleiderschap. Hiervan licht ik er vijf toe in dit artikel.

In de tabel (overgenomen uit het eerdergenoemde boek van Van Staveren) worden de 20 kenmerken van risicogestuurd werken genoemd ten opzichte van traditioneel risicomanagement. De vaardigheden die worden uitgewerkt zijn gearceerd:

Nr Risicogestuurd werken Traditioneel risicomanagement
1 Doelen zijn leidend Methoden zijn leidend
2 Enkele doelen zijn leidend Eén doel is leidend
3 Waarde dominant maken Geld is dominant
4 Variatie toelaten Standaardiseren
5 Variatie benutten Variatie minimaliseren
6 Eigenaarschap organiseren Onteigenen
7 Functionele omvang organiseren Schaalvergroting nastreven
8 High trust – low tolerance nastreven Low trust – high tolerance accepteren
9 Uitnodigen Afdwingen
10 Onzekerheid toelaten Zeker willen weten
11 Keuzes maken Compleet willen zijn
12 Onderzoek beperken Meer onderzoek vragen
13 Lineaire en cyclische stappen zetten Alleen lineaire stappen zetten
14 Ontwikkelen Ontwerpen
15 Dynamisch zijn Statisch zijn
16 Uitgaan van interacties Uitgaan van oorzaak – gevolg
17 Verspillingen toelaten Verspillingen uitsluiten
18 Fouten vroegtijdig opmerken Fouten uitsluiten
19 Gevolgen van risico’s verkleinen Kansen op risico’s verkleinen
20 Vragen stellen Antwoorden geven

 

Ad 3 Waarde dominant maken
Voor effectief en doelgericht omgaan met risico’s is meer nodig dan alleen oog hebben voor financiële effecten. Waarde gaat over meer, bijvoorbeeld over gezondheid, veiligheid en welzijn. Waarde is daarom ook de uitkomst van een, op sommige onderdelen, zeer subjectief proces. Het kan behulpzaam zijn om, wanneer een waarde niet in geldbedrag kan worden uitgedrukt, het wel in orde van grootte te classificeren.

‘Waarde dominant maken’ betekent dat je je richt op verschillende waarden bij het omgaan met risico’s. Tevens ben je terughoudend om instrumenten te gebruiken om risico’s te kwantificeren vanwege de inherente beperking daarvan: het gaat dan namelijk vaak om financiële effecten.

Ad 8 Vanuit vertrouwen omgaan met risico’s (high trust, low tolerance)
Bij risicogestuurd werken hoort het streven naar een hoge mate van vertrouwen in elkaar, gecombineerd met een laag tolerantieniveau als dat vertrouwen – doelbewust – wordt geschonden. Een risicoleider gaat vanuit vertrouwen in anderen om met risico’s. Voorwaarde is dat dit vertrouwen wederzijds is. Afwijkingen van procedures en regels worden toegestaan, mits deze achteraf worden uitgelegd. Als het vertrouwen opzettelijk wordt geschonden, moet de risicoleider ingrijpen en de persoon in kwestie stevig aanspreken en/of verdere acties ondernemen.

Ad 9 Uitnodigen
Risicoleiderschap vraagt om de vaardigheid om andere belanghebbenden en betrokkenen uit te nodigen om gezamenlijk om te gaan met risico’s: realistisch en expliciet. Dat uitnodigen vraagt om overtuigingskracht en het daarbij inzetten van zowel rationele als emotionele argumenten.

Het overtuigen moet uiteraard gepaard gaan met het geven van het goede voorbeeld. Als risicoleider pas je zelf de risicostappen toe in al je eigen werkprocessen.

Ad 15 Dynamisch zijn
Dynamisch zijn betekent dat je bij het risicogestuurd werken rekening houdt met de continu veranderende risico’s. Risicoclassificaties en genomen maatregelen zijn momentopnames en vereisen continue aanscherping of aanpassing.

Dynamisch zijn als risicoleider brengt ook met zich mee dat er geen documenten van 100 pagina’s worden opgesteld. Deze documenten kortcyclisch aanpassen kan vrijwel niet en kost veel tijd. Door het werken met principes in plaats van gedetailleerde regels is vaak al een minder uitgebreid pakket aan documenten nodig.

Ad 18 Fouten vroegtijdig opmerken
Als risicoleider moet je fouten tijdig opmerken èn er naar handelen. Het vraagt om ervaring maar ook om aandacht en focus. Het betekent ook een tactische wijze van omgaan met gemaakte fouten, bijvoorbeeld door ze eerder te zien als een afwijking dan als een fout. Het gebruik van de term ‘fout’ impliceert (vaak onbewust) dat er iets te verwijten valt.

Goed kijken en luisteren om afwijkingen tijdig te onderkennen vraagt om mentale fitheid (voorbereiding voor de risicoleider), maar kan ook vragen om een time-out tijdens het proces.

Conclusie

De hiervoor genoemde vaardigheden kunnen niet allemaal in één keer worden toegepast of aangeleerd. Een risicoleider moet ze in de praktijk brengen en er zo mee leren omgaan.

Belangrijk is dat het doel helder is. Een risicoleider werkt altijd vanuit doelen, doelen waaruit onzekerheden ontstaan, maar ook kansen. De diversiteit aan risico’s en complexiteit vereist het durven aanvaarden van onzekerheid, maar ook het experimenteren en het aan de slag gaan met risicoleiderschap. Kortom: doen!

Het eerste artikel in deze serie gemist? Je leest het via: https://www.laudame.nl/van-risicomanagement-naar-risicoleiderschap/. Het volgende artikel in de serie lees je via https://www.laudame.nl/de-psychologie-van-risicomanagement/.

Geschreven door Adriaan Pons